Cézanne kreeg laatst het verzoek of we wat meer recepten met gember konden plaatsen. En als het even kon ook graag met kurkuma. Nu zijn wij de beroerdste niet natuurlijk, dus hieronder vind je een recept met gember én kurkuma. En met wortels, ook dat nog 😉

Of eigenlijk is het andersom. Het is een recept met wortels en er gaat ook gember en kurkuma in. De combinatie van de zoetige wortels met de scherpe gember is verrassend, maar erg lekker. Houd je niet zo heel erg van gember, dan kun je ook de helft van de gember toevoegen; nog steeds lekker maar iets minder heftig 🙂

Ik gebruikte in dit recept verse kurkuma, omdat ik dat laatst gekocht had in de natuurwinkel. Kurkuma zorgt vooral voor de gele kleur in gerechten (en aan handen…), qua smaak is het niet zo aanwezig. Maar het is wel ontzettend gezond, dus het is een leuk ingrediënt om mee te experimenteren.

Heb je geen verse gember en/of kurkuma, gebruik dan 1 theel gemberpoeder en 1/2 theel. kurkuma.

1. Snipper de ui en fruit deze in een beetje olie in een kookpan. Schil de gember en de kurkuma en voeg ze in stukjes toe aan de ui. Bak even mee.
2. Snijd intussen de wortels in stukjes en voeg deze ook toe aan het ui-mengsel. Voeg ongeveer 1 liter water en het bouillonblokje toe (gebruik meer of minder water als je van dunne of dikke soep houdt).
3. Laat ongeveer 20 minuten koken en haal dan de pan van het vuur. Pureer tot een stevige soep en serveer met een lepel crème fraîche en het amandelschaafsel.

Smakelijk!