Om alle twijfel meteen weg te nemen; deze roze koeken bevatten geen geplette rode luizen in het glazuur. Ze zijn zo superroze door het gebruik van zwartebessensap. Daardoor zijn ze misschien nog wel mooier geworden dan het origineel van Karin Luiten.

Want, dat moet ik gelijk toegeven, het recept is erg letterlijk gejat. Ik kwam het recept tegen in het boek ‘Koken zonder pakjes & zakjes II’ en ze werden zo lekker dat het niet de moeite was om zelf te gaan experimenteren om te zien of ik er een ‘betere’ versie van kon maken.

En dat heeft er ook mee te maken dat het motto van Karin eigenlijk precies hetzelfde is als wat wij met Kruimels & Kaneel ook proberen te laten zien: lekker koken hoeft helemaal niet moeilijk te zijn. En zonder maffe pakjes, potjes en zakjes wordt je eten veel lekkerder. (Mocht dit klinken alsof Karin ons idee heeft overgenomen; dat is natuurlijk niet zo – zo gek zijn we gelukkig niet ;))

Zoals gezegd heb ik zwartebessensap gebruikt voor het mooie kleurtje, maar daar is het nu niet meer echt het seizoen voor. Je kunt het vervangen door geplette bramen, frambozen of eventueel een beetje donkerrode of paarse jam.

1. Verwarm de oven voor op 160 graden. Vet een muffinvorm in of zet er muffinvormpjes in.
2. Mix de roomboter en de suiker tot een zacht en romig mengsel. Mix de eieren er één voor één goed doorheen. Voeg ook de citroenrasp toe.
3. Spatel de bloem door het suikermengsel en verdeel het beslag over de de muffinvorm. Leg nu – idee van Karin – een vel bakpapier op de muffinvorm en dek deze af met een bakplaat ofzo. Dit voorkomt dat je bolle muffins krijgt.
4. Bak de cakejes ongeveer 18 minuten, verwijder dan de bakplaat en het bakpapier en bak nog 2-3 minuten, zodat de cakejes bruin worden. Haal de cakejes uit de oven en laat ze helemaal afkoelen.
5. Maak het glazuur door de poedersuiker met het rode sap te mengen. Verdeel het glazuur met een lepel over de cakejes en laat het hard worden voor je de roze koeken serveert.