Er was een tijd dat ik al mijn brood zelf bakte. Door gebrek aan tijd, zin en misschien ook wel door het ‘betere’ brood bij de supermarkten werd het broodbakken steeds minder tot ik eigenlijk nooit meer zelf aan de slag ging. Maar, gelukkig kwam daar afgelopen week verandering in; ik maakte onderstaand meerzadenbrood. Het smaakte naar meer!

Niet alleen vanwege de smaak, maar ook omdat ik het weer erg leuk vond om met mijn handen in het deeg te staan. Het blijft bijzonder om een kom vol bloem en wat water via een plakkerig deeg te zien veranderen in een mooi brood. Dat is alle tijd en moeite eigenlijk meer dan waard, dus hopelijk komt er toch weer regelmatig een brood uit de oven hier.

Ik heb het brood gebaseerd op het gangbare recept voor een brood; 500 gram bloem, 350 gram water en het deeg twee keer laten rijzen. Met wat zaden en pitten erdoor werd het toch een bijzonder lekker brood!

1. Doe de zaden en pitten (zoals lijnzaad, pompoenpitten, maanzaad etc.) met het bloem en de gist in een kom en meng het door elkaar. Voeg het water en het zout toe en meng alles met je handen tot een samenhangend deeg. Heb je genoeg tijd, laat het dan 30 minuten afgedekt staan. Ga anders gelijk door met stap 2.
2. Kneed het deeg in ongeveer 15 minuten tot een soepel, elastisch deeg. Vorm tot een bol en leg terug in de kom. Dek de kom af en laat het deeg minstens 2 uur rijzen tot het in volume verdubbeld is.
3. Vet een broodvorm in. Haal het deeg uit de kom, druk de lucht eruit en duw de deeglap een beetje plat. Rol deze vervolgens op tot een cilinder en leg deze met de naad naar beneden in het bakblik. Strooi er eventueel wat havermout of pitjes over als garnering. Dek af (ik gebruik voor al het afdekken zo’n dun pedaalemmerzakje) en laat nog ongeveer 30 minuten rijzen.
4. Verwarm ondertussen de oven voor op 190 graden. Plaats het brood in de oven en bak in 30-40 minuten mooi bruin en gaar.

Smakelijk!