Een recept voor banketbakkersroom, dat is wellicht niet het meest spannende wat je kunt bedenken, maar het is wél een recept dat een zelfgebakken taartje extra lekker maakt! Maak je bijvoorbeeld een vruchtentaartje met verse aardbeien, dan zorgt een laagje banketbakkersroom voor een heerlijk zachte romige smaak. En je weet hoe het gaat met recepten die je zelf maakt; als je eenmaal de zelfgemaakte versie hebt gehad, wil je nooit meer de variant uit een pakje 🙂

De basis voor banketbakkersroom bestaat uit melk, eidooiers, vanille en een bindmiddel. Daar kun je vervolgens allerlei verhoudingen en methodes op loslaten, en hieronder vind je het recept dat mij (tot nu toe) het best bevallen is.

Ik gebruik vanillepoeder in de banketbakkersroom, en geen vanille-essence oid. Vanillepoeder is weliswaar behoorlijk kostbaar, maar de smaak ervan is zo ontzettend lekker – en je hebt er maar een klein beetje van nodig. Dus als je graag bakt, zou ik de investering wel doen 😉

Waar de banketbakkersroom, naar mijn bescheiden mening 😉 echt niet zonder kan, is citroen. Zonder de citroen is de room vooral zoet en zacht. Met citroen is het zoet en fris, stukken beter! Neem bij voorkeur een bio-citroen of schrob de citroen goed onder de hete kraan, zodat je het laagje eraf wast.

1. Meng de suiker met het vanillepoeder, de eidooiers en de citroenrasp goed door elkaar met een garde.
2. Roer ook de bloem erdoor.
3. Breng in een pannetje de melk tegen de kook aan, dat de oppervlakte begint te kronkelen, maar niet echt gaat koken.
4. Meng dan een paar eetlepels hete melk door het eidooiermengsel. Roer goed en schenk dan langzaam de rest van de melk erbij.
5. Giet alles terug in de pan en breng het geheel langzaam aan de kook. Blijf goed roeren.
6. Als de room de dikte heeft van lobbige vla, zet je het vuur uit. Schenk de room in een ondiepe schaal en dek af met vershoudfolie. Dit voorkomt dat er een ‘velletje’ op de room komt. Laat afkoelen en zet vervolgens in de koelkast om op te stijven.

Roer even door voor gebruik en maak er wat lekkers mee!